De Anti-Money Laundering Directive (AMLD) bevat verschillende bepalingen die financiële instellingen verplichten om effectieve maatregelen te nemen om witwassen te voorkomen. We zetten de belangrijkste regels - met voorbeeld - voor je op een rij.
Identificatie- en verificatieprocedures
Financiële instellingen moeten identificatie- en verificatieprocedures uitvoeren voor hun klanten, om ervoor te zorgen dat hun klanten zijn wie ze beweren te zijn. Dit omvat onder andere:
Het verzamelen van identiteitsbewijzen, zoals paspoorten en rijbewijzen
Het uitvoeren van screenings op politiek prominente personen (PEP's)
Uitvoeren van UBO's (ultimate beneficial owners).
Voorbeeld: een bank voert identificatie- en verificatieprocedures uit voor een nieuwe klant die een bankrekening wil openen. De bank verzamelt de identiteitsbewijzen van de klant en voert screenings uit op PEP's en UBO's om ervoor te zorgen dat de klant geen risico vormt voor witwassen.
Meldingsplicht
Verdachte activiteiten moeten worden gemeld bij de autoriteiten, zoals ongebruikelijke transacties of transacties die niet overeenkomen met het profiel van de klant. Dit omvat ook het melden van transacties waarbij PEP's of UBO's betrokken zijn.
Voorbeeld: een bank verwerkt een transactie van €50.000 van een klant die normaal gesproken alleen kleine bedragen overmaakt. De bank vindt dit verdacht en meldt deze transactie bij de autoriteiten.
Risicobeoordeling
Er moet regelmatig een risicobeoordeling worden uitgevoerd om de risico's van witwassen en terrorismefinanciering te beoordelen. Op basis van deze beoordeling moeten de financiële instellingen effectieve maatregelen nemen om deze risico's te verminderen.
Voorbeeld: een trustkantoor voert regelmatig een risicobeoordeling om terrorismefinanciering te beoordelen. Op basis van deze beoordeling neemt het trustkantoor maatregelen om de risico's te verminderen. Hierbij kun je denken aan het uitvoeren van aanvullende screenings op klanten die als hoog risico zijn aangemerkt.
Politiek prominente personen (PEP's)
Financiële instellingen moeten bijzondere aandacht besteden aan transacties met PEP's, zoals politici en overheidsfunctionarissen. Dit omvat het uitvoeren van aanvullende screenings en monitoring van transacties.
Voorbeeld: een bank ontvangt een aanvraag van een politicus die een bankrekening wil openen. De bank voert aanvullende screenings uit om ervoor te zorgen dat de politicus geen risico vormt voor witwassen.
UBO-register
Financiële instellingen moeten toegang hebben tot een register van ultimate beneficial owners (UBO's) om te weten wie de uiteindelijke eigenaren zijn van de bedrijven waarmee ze zaken doen. Dit maakt het makkelijker voor financiële instellingen om te beoordelen of er risico's van witwassen of terrorismefinanciering zijn bij transacties met deze bedrijven.
Voorbeeld: een trustkantoor heeft een klant die een bedrijf wil opzetten in Nederland. Het trustkantoor maakt gebruik van het UBO-register om te achterhalen wie de uiteindelijke eigenaren zijn van het bedrijf en voert aanvullende screenings uit om te beoordelen of er risico's van witwassen of terrorismefinanciering zijn.